Ga niet overhaast te werk. Neem de tijd en laat de kinderen langzaam aan jenieuwe partner wennen.
Introduceer de kinderen pas aan je nieuwe partner als je denkt dat er echt toekomst in de relatie zit.
Zorg dat jij en jenieuwe partner goed voorbereid zijn op het leven in een stiefgezin. Lees van tevoren een boek over stiefgezinnen (zie aanbevolen literatuur).
Stel van tevoren samen een stiefplan op (zie www.stiefplan.nl) en schakel hierbij eventueel de hulp van een onafhankelijk deskundige in.
Waak ervoor dat je als stiefouder niet de plek van de biologische vader/moeder inneemt. Bemoei je, zeker in het begin, niet met opvoedkundige zaken zoals hoeveel zakgeld, hoe laat thuis, welke school en dergelijke. Je kunt wel (in overleg met je partner) gedragsregels opstellen voor in huis, bijv. was in de wasmand, helpen met tafel opruimen, elkaar goede morgen wensen.
Bouw gezamenlijk nieuwe tradities op die alle gezinsleden aanspreken. Bijv. samen ontbijten op zondagochtend, pannenkoeken bakken of uit eten op de laatste dag van de vakantie.
Luister naar je (stief)kinderen. Probeer je in hen in te leven. Zeg dat je ziet (of beseft) dat ze zich boos, verdrietig, jaloers voelen. Vraag wat er volgens hen zou moeten veranderen/wat jij zou kunnen doen om hen zich beter te laten voelen en wat ze zelf zouden kunnen doen. Wijs hun oplossingen niet meteen af, maar neem ze serieus in overweging en bespreek later met hen in hoeverre ze volgens jou uitvoerbaar zijn.
Bedenk dat je als stiefvader/stiefmoeder geen ideale ouder hoeft te zijn. Je bent de partner van de ouder, en een (belangstellende) huisgenoot. Niet meer en niet minder.
Investeer in je relatie en in jezelf. Doe af en toe iets leuks voor jezelf en samen met je partner.
Zoek ondersteuning als de stiefsituatie je boven het hoofd groeit. Dat is geen schande, en het is niet zwak. Het is wijs, en kan veel problemen voorkomen.